Dat ons favoriete vermaak in boek en film vooral bestaat uit passie, moord en doodslag, is zo vanzelfsprekend geworden dat we nog maar zelden stil staan bij het waarom daarvan. Ook het moderne taboe op geweld is immers vanzelfsprekend geworden, net als de almaar toenemende noodzaak van zelfdiscipline en terughoudendheid – bij thrillers, detectives en griezelverhalen, zowel in woord als in beeld, zoeken en vinden we compensatie. De populariteit van deze genres stamt uit de 19de eeuw. In de zogenoemde ‘zwarte romantiek’ is het allemaal begonnen, destijds nog sterk onder invloed van een christelijk zondebesef. Een sprekend voorbeeld is het werk van de Franse schrijver Jules-Amédée Barbey d’Aurévilly (1808-1889), die in 1831 een gruwelijk verhaal publiceerde (Le cachet d’onyx).
http://nrcboeken.vorige.nrc.nl/recensie/parijs-wil-groente
Over het Dandyisme en Beau Brummell J.A. Barbey-d’Aurevilly
Vertaald door A.A. Verkerk en J.M. Visser
De Regency, een tijd die bekend staat om
een losse moraal en een hedonistsiche levenshouding, biedt het decor
voor de kunstjes van Beau Brummell....Hij werd gewaardeerd om wie hij was, en
niet om zijn grootse of dappere daden. De Beau Monde werd indertijd
gedomineerd door pruiken, poeders en satijn, maar Brummell paste voor
deze poespas en pleitte voor eenvoud, soberheid en mannelijkheid. Dit
alles uiteraard wel tot in de puntjes verzorgd: het dandyisme was
geboren. Vertaald door A.A. Verkerk en J.M. Visser
http://nrcboeken.vorige.nrc.nl/recensie/de-duivel-speelt-ook-mee