Pagina's

Laurent Gaudé

 

Recensie: Geen overwinning zonder nederlaag

11 oktober 2016 , door Arjen van Meijgaard
| |
Laurent Gaudé, winnaar van de Prix Goncourt voor zijn roman Le Soleil des Scorta, laat met Écoutez nos défaits een aantal verhaallijnen als DNA-strengen om elkaar heen draaien. Ze leiden elk hun eigen bestaan, maar kunnen via dwarsverbanden ook niet los van elkaar gezien worden. Het boek is verwarrend door de vele personages in verschillende dimensies van de tijd, boeiend door de korte fragmenten die vaart in het verhaal houden en intrigerend door de onderliggende gedachtegang.

Een verhaallijn volgt Hannibal - die vanuit Carthago via Spanje en Frankrijk Rome probeert te veroveren -, een tweede verhaal gaat over Generaal Grant die in de burgeroorlog in Amerika tegen het zuiden optrekt, en dan is er nog Haile Selassie in zijn gevecht om Ethiopië. De vierde lijn handelt over de huidige tijd waarin Assem Graïeb, een Franse geheim agent, in opdracht van de Amerikanen een soldaat moet vinden die betrokken was bij de opsporing van Bin Laden.

Verticale dwarsdoorsnede

De eerste fragmenten zijn vanuit de ik-persoon geschreven, maar al snel verandert het perspectief in de derde persoon enkelvoud, en steeds vanuit een ander personage. Het hele boek zou als een verticale doorsnede van een aantal tijdperken gezien kunnen worden die qua thematiek aan elkaar raken. Elk periode kent haar eigen strijd, hoop op een overwinning en nederlagen die daar onlosmakelijk mee verbonden zijn. Een van de gevechten die Hannibal voert loopt uit op de grootste afslachting in korte tijd in de geschiedenis: vijfenveertigduizend Romeinen liggen opengereten en bloedend aan zijn voeten. Hannibal heeft zelf een tiende deel van dat aantal aan manschappen verloren.
Assem heeft talloze missies op zijn naam staan, hij is overal geweest en heeft genoeg ellende gezien voor een mensenleven. Misschien wordt dit zijn laatste opdracht: uitzoeken wat er met een commando van het Amerikaanse leger is gebeurd. Hij is plotseling verdwenen en houdt zich waarschijnlijk bezig met smokkel, van onder andere relikwieën zoals delen van het lichaam van Bin Laden.

Niets aan veranderen

In Zurich ontmoet Assem een Irakese archeologe, Mariam. Ze brengen samen de nacht door en weten dat hun wegen weer zullen scheiden. Ze spreken nog wel af voor een volgende dag, maar zij besluit niet uit de tram te stappen bij de halte waar hij op een terras op haar zit te wachten:
'Le tram glisse le long du fleuve. Je laisse la ville défiler sous mes jeux jusqu'à la Bellevueplatz. Lorsqu'il s'arrête, je ne descends pas. Pourquoi le ferais-je ? Je regarde par la vitre. Je le cherche. Il suffit que nous nous voyions, encore une fois.'
Zij ziet hem en hij ziet haar, maar daar blijft het bij. Treffend beschrijft Laurent Gaudé hier twee mensen die besluiten iets niet te doen en daardoor de loop van de gebeurtenissen onveranderd te laten. Zo kijken we ook naar de geschiedenis. Het is gebeurd, we kunnen de losse voorvallen tot een geheel smeden en er een verhaal van maken, maar we kunnen er niets meer aan veranderen. Hannibal heeft veel overwinningen geboekt tijdens zijn tocht via de Pyreneeën en de Alpen, maar uiteindelijk heeft hij Rome niet ingenomen. Grant heeft een aantal tegenslagen moeten verwerken in de burgeroorlog voordat hij uiteindelijk president werd, Haile Selaissie is tegenover de fascisten van Mussolini komen te staan.

De onderliggende gedachte

Assem heeft op een veel kleinere schaal oorlogen te voeren, maar ook Mariam voert strijd: zij probeert kunstschatten op te sporen uit geplunderde en vernielde musea op plekken waar hevig gevochten wordt, zoals in Bagdad. Ze werkt samen met Interpol en Unesco om de cultuur te redden, Assem zet zich in om mensen te redden. Dat is even waardevol voor het bestaan in het algemeen; de mens kan niet zonder cultuur en de cultuur was er niet zonder de mens.
Gaudé vertelt en laat de geschiedenis levendig en soms in detail passeren. Alle overwinningen hebben hun tol geëist en konden niet worden gerealiseerd zonder dat er slachtoffers vielen, aan beide zijden van de oorlog. Zo ook bijvoorbeeld bij Troje, de stad werd uiteindelijk verslagen door de Grieken, maar de inname vroeg vele slachtoffers, om te beginnen Agamemnons dochter, die geofferd werd om de goden gunstig te stemmen opdat de schepen konden uitvaren. Deze mythe rakelt de oom van Assem op wanneer hij op het punt staat te vertrekken voor zijn eerste geheime missie. Assem krijgt een wijze les mee:
'On ne peut partir au combat avec l'espoir de revenir intact. […] Au départ, déjà, il y a le sang et de deuil. Au départ, déjà, il faut accepter l'idée d'être amputé de ce qui vous êtes le plus cher. Au départ, déjà, la certitude qu'il n'aura aucune victoire pleine et joyeuse.'
Met deze knap verstrengelde verhaallijnen wijst Gaudé de lezer er nog eens op, hoewel het niets nieuws is: bij elke overwinning moeten we de verliezen niet vergeten. 'C'est à cela que ressemblent les victoires: les blessés claudiquent et les mourants gémissants, comme dans une défaite.'

Arjen van Meijgaard schrijft korte verhalen en bespreekt Nederlandse en Franse fictie, voor onder andere NBD/Biblion, en eenboekrecensie.blogspot.nl, waarop hij impressies over vergeten boeken noteert.
https://www.athenaeum.nl/recensies/2016/geen-overwinning-zonder-nederlaag/
Nederlandse titel: Er is geen tijd meer te verliezen.

Jacques Prévert

Jacques PRÉVERT (1900-1977)

Sa biographie

Portrait de Jacques PRÉVERT
Jacques Prévert est un poète et scénariste français, né le 4 février 1900 à Neuilly-sur-Seine, et mort le 11 avril 1977 à Omonville-la-Petite (Manche). Après le succès de son premier recueil de poèmes, « Paroles », il devint un poète populaire grâce à son langage familier et ses jeux de mots. Ses poèmes sont depuis lors célèbres dans le monde francophone et massivement appris dans les écoles françaises. Il a également écrit des scénarios pour le cinéma.

En 1925, il participe au mouvement surréaliste, qui se regroupe au 54 de la rue du Château près de Montparnasse. C’est en fait un logement « collectif » où habitent Marcel Duhamel, Raymond Queneau et Yves Tanguy. C’est Prévert qui trouvera le terme de cadavre exquis pour définir le jeu littéraire auquel ses amis et lui se livrent. Prévert est toutefois trop indépendant d’esprit pour faire véritablement partie d’un groupe constitué, quel qu’il soit. Il supporte mal les exigences d’André Breton, et la rupture est consommée en 1930. En 1932, il écrit les textes pour le groupe « Octobre » et il participera aux Olympiades du théâtre à Moscou.

Il est le scénariste et dialoguiste de grands films français des années 1935-1945, notamment « Drôle de drame », « Le Quai des brumes », « Le jour se lève », « Les Visiteurs du soir », « Les Enfants du paradis » et « Les Portes de la nuit » de Marcel Carné, « Le Crime de Monsieur Lange » de Jean Renoir, « Remorques et Lumière d’été » de Jean Grémillon. Il a, à deux reprises, adapté des contes de Hans Christian Andersen, d’abord « La Bergère et le Ramoneur » devenu « Le Roi et l’Oiseau », film d’animation de Paul Grimault en 1957, puis en 1964, « Grand Claus et Petit Claus », autre conte d’Andersen, à la télévision, « Le Petit Claus et le Grand Claus » de son frère Pierre Prévert.

Ses poèmes sont mis en musique par Joseph Kosma dès 1935 (À la belle étoile) : ses interprètes seront entre autres Agnès Capri, Juliette Gréco, Les Frères Jacques, Yves Montand. Son recueil « Paroles », publié en 1946, obtient un vif succès.
Il écrit des pièces de théâtre. Son anticléricalisme, parfois violent, est souvent occulté par le public, au profit de ses thèmes sur l’enfance et la nature.


dossier pour l'enseignant: https://www.manche.fr/patrimoine/imageProvider.aspx?private_resource=4180607


Déjeuner du matin - Jacques Prévert



Opdracht 1: Zet de werkwoorden tussen haakjes in de passé composé.

Il (mettre)............................. le café
Dans la tasse
Il (mettre)............................. le lait
Dans la tasse de café
Il (mettre)...................................... le sucre
Dans le café au lait
Avec la petite cuiller
Il (tourner)...............................
Il (boire)..................................le café au lait
Et il (reposer)............................. la tasse
Sans me parler
Il (allumer).........................................
Une cigarette
Il (faire)...............................des ronds
Avec la fumée
Il (mettre)....................................les cendres
Dans le cendrier
Sans me parler
Sans me regarder
Il (se lever).......................................
Il (mettre)...................................
Son chapeau sur sa tête
Il (mettre)..................................
Son manteau de pluie
Parce qu'il pleuvait
Et il (partir).....................................
Sous la pluie
Sans une parole
Sans me regarder
Et moi j' (prendre)..........................
Ma tête dans ma main
Et j'(pleurer).....................................


Déjeuner du matin
Il a mis le café
Dans la tasse
Il a mis le lait
Dans la tasse de café
Il a mis le sucre
Dans le café au lait
Avec la petite cuiller
Il a tourné
Il a bu le café au lait
Et il a reposé la tasse
Sans me parler
Il a allumé
Une cigarette
Il a fait des ronds
Avec la fumée
Il a mis les cendres
Dans le cendrier
Sans me parler
Sans me regarder
Il s'est levé
Il a mis
Son chapeau sur sa tête
Il a mis
Son manteau de pluie
Parce qu'il pleuvait
Et il est parti
Sous la pluie
Sans une parole
Sans me regarder
Et moi j'ai pris
Ma tête dans ma main
Et j'ai pleuré.

Ontbijt
Eerst schonk hij koffie in
het kopje
toen deed hij gewoon
wat room erbij
en een schepje suiker
precies als elke dag
met 't lepeltje heeft hij dat
gewoon geroerd
zwijgend dronk hij zijn koffie uit
en zette toen het kopje neer
zonder een woord
daarna pakte hij een sigaret
en hij blies de rook
zwijgend voor zich uit
en hij drukte het peukje
in de asbak uit
zonder een woord
zonder zelfs een blik
stond hij op
en hij zette z'n hoed op z'n hoofd
en hij schoot in z'n regenjas
zonder een woord
en toen ging hij weg
en hij zei geen woord, geen woord
keek zelfs niet naar mij
ik heb mijn hoofd verborgen in mijn arm
ik heb gehuild.

 

(Jacques Prévert  1900 - 1977, Vertaling Ernst van Altena  1933 - 1999, Uit: Randfiguren
Van Ditmar Amsterdam  1967)


Opdracht 2: Klik hier om naar een voordracht te luisteren en oefen met nazeggen.





Pour faire le portrait d'un oiseau - Jacques Prévert

 

Opdracht 1: schrijf de vertaling naast de onderstreepte woorden. Gebruik de vertaling op de achterkant. 


Peindre d'abord une cage
avec une porte ouverte
peindre ensuite
quelque chose de joli
quelque chose de simple
quelque chose de beau
quelque chose d'utile
pour l'oiseau
placer ensuite la toile contre un arbre
dans un jardin
dans un bois
ou dans une forêt
se cacher derrière l'arbre
sans rien dire
sans bouger ... 
Parfois l'oiseau arrive vite
mais il peut aussi bien mettre de longues années
avant de se décider
Ne pas se décourager
attendre
attendre s'il le faut pendant des années
la vitesse ou la lenteur de l'arrivée de l'oiseau
n'ayant aucun rapport
avec la réussite du tableau
Quand l'oiseau arrive
s'il arrive
observer le plus profond silence
attendre que l'oiseau entre dans la cage
et quand il est entré
fermer doucement la porte avec le pinceau
puis
effacer un à un tous les barreaux
en ayant soin de ne toucher aucune des plumes de l'oiseau 
Faire ensuite le portrait de l'arbre
en choisissant la plus belle de ses branches
pour l'oiseau
peindre aussi le vert feuillage et la fraîcheur du vent
la poussière du soleil
et le bruit des bêtes de l'herbe dans la chaleur de l'été
et puis attendre que l'oiseau se décide à chanter
Si l'oiseau ne chante pas
c'est mauvais signe
signe que le tableau est mauvais
mais s'il chante c'est bon signe
signe que vous pouvez signer
Alors vous arrachez tout doucement
une des plumes de l'oiseau
et vous écrivez votre nom dans un coin du tableau.


Om het portret van een vogel te maken

Eerst een kooi schilderen
met een open deurtje
dan iets moois
schilderen
iets eenvoudigs
iets aardigs
iets nuttigs
voor de vogel
dan het doek tegen een boom zetten
in een tuin
in een bos
of in een woud
je verstoppen achter de boom
zonder iets te zeggen
zonder te bewegen.
Soms komt de vogel vlug
maar hij kan er net zo goed jaren over doen
voordat hij er toe komt
niet moedeloos worden
wachten
wachten zo nodig jaren lang
omdat de snelheid of de traagheid
van de vogel geen enkel verband
houdt met het welslagen van het schilderij.
Wanneer de vogel komt
áls hij komt
de diepste stilte in acht nemen
wachten tot de vogel de kooi ingaat
en als hij binnen is
zachtjes het deurtje sluiten met de penseel
en dan
één voor één alle tralies wegvegen
er op lettend geen van de veren van
de vogel te raken.
Dan het portret van de boom maken
en de mooiste van z’n takken uitkiezen
voor de vogel.
Ook het groene gebladerte
en de frisse wind en het stof dat
in de zon danst en het geritsel van
de dieren in het gras en de zomer-
warmte schilderen
en dan wachten tot de vogel ertoe
komt te gaan zingen.
Als de vogel niet zingt
is dat een slecht teken
teken dat het schilderij slecht is
maar als hij zingt is dat een goed teken
teken dat je kunt tekenen.
Dan trek je heel voorzichtig
één van de veren van de vogel uit
en je schrijft je naam in een hoek

van het schilderij.
vertaald door Boele Bregman

Opdracht 2: Klik hier om naar een voordracht te luisteren. Oefen met nazeggen tot je de uitspraak foutloos kent.